Zwierige Wieners in Köln …

Het was eeuwen geleden dat we nog eens een concert konden meepikken in Keulen. De Wiener Philharmoniker, ons allen bekend van het nieuwjaarsconcert in het Musikverein, de rechthoekige zaal in Wenen met – naar het schijnt – de beste akoestiek ter wereld.

De Wiener presenteerde een niet echt karakteristiek programma en m’n aanvankelijke vrees kwam al gauw uit: Janáček en Prokoviev konden er best wezen maar de vijfde van Shostakovich heeft – net als de overgrote deel van zijn werk – geen greintje zwierigheid in zich en wat de Wieners ook probeerden, hun aangeboren muzikale krullen konden ze niet verbergen.

Geen erg want de trefzekerheid, coherentie en transparantie van dit orkest is ongeëvenaard en dat was er aan te horen. Het daagde me dat zo een rotsvast klankbeeld een bovenmenselijk precies samenspel benodigt dat niet meer in microseconden valt te meten maar in nanoseconden – als het al meetbaar zou zijn – zo helder en duidelijk was elk instrument apart te horen terwijl het geheel over de volledige breedte van het podium  als één doortimmerd muzikaal monument klonk, met of zonder frivool Weens accent. Een rechtstaand minutenlang applaus bleef dan ook aanhouden.

In de namiddag hadden we de stad  bezocht en het was opvallend hoe het centrum maar ook de buitenwijken nog gebukt gaat onder de gevolgen van de miserie tijdens de afgelopen drie jaren: wanorde, rommeltjes hier en daar, meer bedelaars en gore figuren tussen vroeger onbestaande leegstand. Onze oosterburen zijn aan het ‘batteren’ om er weer bovenop te raken. Nu nog hun eens zo geroemde ‘Autobahnen’ herstellen en alles gaat hopelijk weer als vanouds. Curieus – of net niet – was dat de Russen verschwunden waren uit het stadsbeeld, meestal hebben ze een plaatsje vooraan in de concertzaal of zijn ze te horen aan de haltes van het openbaar vervoer.

Goed nieuws  – of meer een gerucht? – is dat de opknapwerken binnenin de opera in 2025 teneinde zouden zijn. Het heeft dan ongeveer vijftien jaar geduurd om de klus te klaren.

We kwamen door hectische toestanden aan de parking en onder de gietende regen met meer dan twee uur vertraging terug thuis. Niet vergeten voor volgende keer: parkeer buiten de stad en doe de rest met het uitstekende OV of plooifietsjes.

Handleiding: klik op een beeld voor grotere afbeelding. Gebruik de ‘terug-knop’ om terug te keren naar de blog.

Brussel: een sympathiek rommeltje …

Nu we stilaan uit het twee jaar durende corona-gat kruipen en verwonderd opkijken, staat de wereld weer klaar om ons te trakteren op de meest verbazingwekkende kunstige creaties en sublieme opvoeringen ooit. Originele en uitvoerende kunstenaars hebben al die tijd onder restricties moeten leven maar vliegen er nu met veel gusto weer in. Wij ook ondanks de opvallende rommeligheid en improvisatie in de stad.

Op naar de Bozar dus voor twee schitterende evenementen: de veelbesproken (én bekritiseerde) tentoonstelling van Rinus Van de Velde zijn werk en een uitvoering door het Zehetmair kwartet van werken van Brahms, Webern en Sibelius.

Kranten, radio en TV hypen al wekenlang “Inner Travels”, de fantastische exploten uit het atelier van Rinus Van de Velde (Leuven, º1983). Het zijn tekeningen, keramiek, installaties en foto’s plus een ongeveer 15 minuten durende film die refereren naar bestaande (en tegelijk tentoongestelde werken) tezamen met filosofisch aandoende onderschriften en teksten die een imaginaire biografie van de kunstenaar lijken voor te stellen.

Praktisch: de tentoonstelling is nog open tot 15 mei. De bookshop was gesloten toen we vertrokken maar online is de gesigneerde versie van de catalogus nog verkrijgbaar, de ongesigneerde is uitverkocht. De genereuze catalogus is een absolute aanrader, zelfs zonder de tentoonstelling gezien te hebben. Er zitten bijvoorbeeld drie uitstekende prints bij van RVdV’s mooiste werk. [1]

Where clouds become sculptures and a dog talks philosophy, 2015

Where clouds become sculptures and a dog talks philosophy, 2015

Prop, Car, 2019

———————————————————————————————————

Een hapje eten in een van de vele etablissementen rond het kerkje onderaan de Kunstberg en terug naar de Bozar voor wat live muziek.
Het Zehetmair kwartet komt uit Oostenrijk en behoort ongetwijfeld tot de top. Dat was goed te horen in het eerste strijkkwartet van Brahms, heel romantisch en uitdrukkingsvol uitgevoerd en heerlijk om te horen door de hoge auditieve definitie en omvangrijke dynamiek van live samenspel.  Elk instrument was perfect te onderscheiden en waar ik meestal m’n ogen dicht doe voor meer concentratie, ging ik deze keer toch af en toe eens kijken naar de virtuoze muzikanten.

Webern zijn zes bagatellen (1911-13) bestaan uit niet meer dan enkele motieven met twee of drie noten  en duren alles bij elkaar maar drie en een halve minuut. Geconcentreerde verrassing als bij een onverwachte aanraking of het zien van een vallende ster. Het publiek bleef heel even verbijsterd achter.

Het strijkkwartet van Sibelius, opus 56 “Voces intimae”, heeft minder noten op haar zang door de ingetogenheid en enige somberte in het begin maar evolueert al vlug – na het trage midden – naar een iets vrolijker en sneller einde. Het is geenszins klassiek maar hoort bij de post-romantische periode aan het begin van vorige eeuw.

Zehetmair strijkkwartet Brussel Bozar 4 mei 2022

Zehetmair strijkkwartet Brussel Bozar 4 mei 2022

[1] https://hannibalbooks.be/

Een dagje uit in Antwerpen

Het FOMU in Antwerpen is altijd al een geliefkoosde plek geweest. Ze hebben een excellente bibliotheek, dikwijls uitzonderlijke tentoonstellingen, een welgevulde museumshop en een klein maar fijn restaurantje.

Dit keer had ik met mijn goede vriend Luc – aka Flash Gordon* – afgesproken om Stephan Vanfleterens overzichtstentoonstelling kritisch te bekijken. Hij kende SV nog van een *interview dat hij een paar jaar geleden had afgenomen. Dat we beiden niet-beroepsmatig fotograaf zijn, scherpte de verwachtingen nog aan en al gauw wisselden we ‘shop talk’ uit over de manier waarop SV zijn foto’s samenstelt (compositie) en analoog bewerkt met ‘doordrukken’ en ‘tegenhouden’ (techniek). De filmafdrukken zijn duidelijk expressiever dan de foutloze, koelere digitale [SV schakelde pas in 2010 over naar digitaal]. Ieder zijn goesting, niewaar.

fotosessies in het Psychiatrisch Centrum Dr. Guislain

fotosessies in het Psychiatrisch Centrum Dr. Guislain

Verbazingwekkend toch hoe het werk dat we kennen uit de kranten een tot nu toe onbekend oeuvre bedekte: exploten in de US zoals ‘Elvis’ & ‘Presley’ en levensgevaarlijke ‘train hopping’ met rondtrekkende hobo’s, en – in België – fotosessies in het Psychiatrisch Centrum Dr. Guislain en de zelfkant in Antwerpse en Brusselse café’s … Bonus is een reusachtige tafel op de vierde verdieping met ontelbare parafernalia uit zijn atelier.

parafernalia uit Stephan Vanfleterens atelier

parafernalia uit Stephan Vanfleterens atelier

Tegenover het FOMU valt er een lekkere en niet al te dure hap te consumeren in bijvoorbeeld de L’Entrepôt du Congo.

Op naar deSingel. Om maar met een fait-divers te beginnen: Isabelle Faust heeft een nieuw kostuum! Haar lang kazuifel is vervangen door een zwart ensemble met schouder- en bovenarmwarmers en een eerbiedwaardige, kardinaalspaarse wijde broek. En nog: voor de pauze lazen Melnikov en Queyras hun partituur vanaf de grootste iPad die er bestaat. Genoeg onnozele details.

Een koddige dame kondigde het concert aan als een repetitie voor een nog te verschijnen CD (primeur!). Dat was, zeker in het eerste gedeelte, goed te horen: zenuwen en spanning bij de uitvoering van een bewerking door LvB zelf van zijn tweede symfonie, verduiveld moeilijk omdat het stuk zo bekend in de oren klinkt en er maar drie instrumenten voorhanden zijn om een heel orkest te evoceren. Alles bij elkaar lijkt het een eigenaardigheid in LvB’s werk.

Na de pauze ging het er, met het ‘Erzherzog’ trio, beter aan toe: een met ‘gusto’ en precisie gebracht samenspel met af en toe een plezierige lach afgerond met een royaal encore na een daverend applaus. Nog van dees …

Alexander Melnikov, Isabelle Faust en Jean-Guihen Queyras

Alexander Melnikov, Isabelle Faust en Jean-Guihen Queyras

 

 

 

 

Ai WeiWei in K20 en K21

Op de valreep dan toch de Ai WeiWei tentoonstelling gaan bezoeken in het ‘poshe’ Düsseldorf.

Zo te zien valt er aan de hoeveelheid literatuur die er over de (Amerikaans)-Chinese artiest is verschenen, weinig toe te voegen en na zelf niet meer dan de ‘Kurzführer’ gelezen te hebben, is het duidelijk dat het evenement serieus nawerkt. Het zet een mens aan het denken en naarmate de dagen vorderen, begint de idee door te sijpelen dat de ongetwijfeld nobele bedoeling van de kunstenaar om een bedenking vraagt.

Is het mooi voorstellen van ellende geen vorm van sublimatie? Steekt de tentoonstelling geen (verdedigings)mechanisme in gang waardoor de kunstenaar én de bezoeker zich gerustgesteld voelt? En even dacht ik dat Warhols Factory was overgenomen door Ai maar gelukkig verkoopt er niemand porseleinen zonnebloempitten of originele kleding van bootvluchtelingen.

Beter geformuleerd: zou de tentoonstelling in Italië of hier te lande ook succes hebben?

Een paar foto’s ter illustratie – hoge resolutie na de klik:

waarempel een voyeur in huis

waarempel een voyeur in huis

Er ontstond natuurlijk een kleine performance.

Er ontstond natuurlijk een kleine performance.

De meeste mensen kijken niet naar de werken.

De meeste mensen kijken niet naar de werken.

Toegepast modern reizen: een fietstochtje rond Antwerpen

In de reeks ‘Modern reizen’.

Préambule: laatst – in de opera van Lyon – voerden ze ‘La Juive’ van Jacques Frommental Halévy op en naar gewoonte probeerde ik achteraf een goede opname van het stuk te bemachtigen. In de handel was de CD enkel tweedehands verkrijgbaar en dan nog tegen een exorbitant hoge prijs. Uiteindelijk bleek de bib van het conservatorium in deSingel een uitstekende Philips-opname uit 1989 te hebben.

Eenmaal ‘backstage’ verdwaald in het volstrekt lege gebouw van deSingel, pikte een inspiciënt me op om me vijf verdiepingen hoger in een bijzonder ongezellige en donkere bib af te zetten. Onder het lage plafond staat het daar voornamelijk vol met partituren en werken over muziek (duh!) maar ze presenteert ook een reeks CD’s waaruit – juist ja – precies de opname van ‘La Juive’ verdwenen bleek te zijn. Een bezorgde bibliothecaresse belde stad en land af maar de CD bleef spoorloos. Niet getreurd, de openbare bib van Merksem had er nog eentje.

Fast forward: mijn significante andere trok een dagje naar zee en zo liet ik mij – drie weken later – aan de Stenenbrug in Borgerhout droppen om vandaar naar Merksem te fietsen want zo een CD moet ook terug natuurlijk. Ik was wat te vroeg en dacht rustig een koffietje te nuttigen in een koffiebar vlakbij.

Enigszins bleek rond de neus, moest ik echter in allerijl mijn heil zoeken in een beschamende vlucht. Midden in dat koffiehuis stond daar – onder gegeneerd gemompel van het aanwezige publiek – een manspersoon luidkeels te orakelen over een zekere adolf die toch maar brute pech had gehad in zijn omgang met een grote bevolkingsgroep – desondanks had die besnorde bandiet volgens de muileman een paar briljante ideeën gelanceerd die ook in deze tijd van pas zouden kunnen komen.

Degoutant, zo een openlijk racisme – dat zeker – en vermits ik fysiek helemaal niet opgewassen was tegen een gespierde (en kennelijk allochtone!) bouwvakker, ging ik – weliswaar na een paar, helaas onopgemerkte, ‘stinkeyes’ – gedeprimeerd buiten wachten. In de bib hielp een zwarte mevrouw me met een ‘smile’ van-hier-tot-ginder vlotjes verder. Er is nog hoop, alhoewel.

Dat alle wegen naar Berchem leiden, is me al meer dan 40 jaar duidelijk. Vooral het gebied rond de Koninklijkelaan heeft een bijzondere aantrekkingskracht, althans voor mij – ik heb er mijn significante andere ontmoet en veel avonturen beleefd tijdens Jazz Middelheim (in de jaren 70-80 nog een kleinschalige bedoening maar wel met de grootste jazzmuzikanten ter wereld). Het zoekendhert op nummer 43 bewijst Berchems culturele uitstraling opnieuw. Bovendien heeft de nieuwe lichte treinverbinding naar Boechout daar een halte en zo geraakte ik in een wip op het platteland voor een bezoekje aan een oude vriend. Ik had het vouwfietsje bij en op de terugtocht had ik een fantastisch uitzicht met Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen. Foto helemaal hieronder.

En later op de dag: een avondlijke hackersbijeenkomst in Deurne. Sinds een tijdje ben ik in het kader van een meer sociaal leven aangesloten bij een enthousiaste bende hackers in Spalbeek, een ‘voorstad’ van Hasselt. Dit keer was het groepje afgezakt naar Deurne en wel naar het walking robot lab. Wat ze daar niet allemaal ineensteken! Overal te lande zitten briljante meisjes en jongens bij elkaar met grootse plannen en alhoewel ik moet toegeven dat het niet altijd even gemakkelijk is om als ‘oude knakker’ vlotjes te sporen met enkele generaties verder, hebben al die ‘tinkerers’, ‘geeks’, ingenieurs enz. duidelijk een open blik op de toekomst en zijn ze helemaal niet zo pessimistisch als sommige kranten (of politieke partijen) laten uitschijnen. Ook had ik het genoegen wat te ‘stichelen’ met Anthony Liekens, dé goeroe hier te lande wanneer het op IoT (Internet of Things) aankomt of, zoals dat heel vroeger heette: Jongens en Wetenschap.

Even terug naar de foto van Sneeuwwitje hieronder. Toevallig had de weekendeditie van de Standaard een middenpagina vol foto’s van Herman Van den Boom, een fotograaf die in illo tempore wel eens mijn pad kruiste. Ik meende een verband te zien maar de foto’s van Van den Boom zijn al te gemakkelijk en Kotzans tekst beschrijft precies iets anders dan de foto’s. Lees maar, er staat niet wat er staat. En architectuur van de intimiteit? Een stoel/barkruk is misschien aartsmoeilijk om te ontwerpen maar blijft toch min of meer een gebruiksvoorwerp. En nog: naar mijn idee is het weinige ‘positieve’ dat je van prostitutie kan zeggen dat het een zekere therapeutische waarde heeft maar meer ook niet. Wat een mens al kan meemaken door modern te reizen.

Modern reizen: Boechout Provinciesteenweg

Modern reizen: Boechout Provinciesteenweg zomer 2016

 

Modern reizen: Herman van den Boom in de Standaard 24-25/7/2016

Herman Van den Boom in de Standaard 24-25/7/2016

St Petersburg: дикие и вкусный …

blacksquaremalevich[verkorte maar tevens constructivistische versie St Petersburg]

St Petersburg: ‘t is daar niet min en het lijkt wel of de Pitertsy (zo heten de inwoners van Piter, aka St Petersburg) het feesten niet kunnen laten. Losbandig en ongegeneerd met een loeiharde geluidstrack, blitze karren (de favoriet is een dikke Merc), overal paffers/boozers en op de koop toe zien de vrouwen eruit als aerodynamische lustobjecten en de mannen als regelrechte pooiers of schlemielen zo weggelopen uit een satire van Gogol. Maar even terug naar het begin …

Een aangenaam treintochtje naar Schiphol, door de grotendeels automatische controle, alles relaxed behalve de handbagage waar toch enig bepotelen aan te pas kwam. Tip: eet niet van de slappe would-be pizza.  Iedereen is voorkomend en rustig.

Tegen zes uur ‘s staat Mihael klaar – de eigenaar van een sjiek appartement en wellicht het best bewaarde geheim van St. Petersburg – , er is iets met schoenen (die moeten vanaf de ingang uit en daar kan ik me wel iets bij voorstellen – zeker in de winter – maar vandaag is het warm, dus schoenen uitdoen). Eten in de Angleterre op de hoek [slappe bediening], een eerste blik op de Neva over de brede brug gewandeld. So far, so good.

Rocking at the malayamorskayaL

Rocking at the Malaya Morskaya St. Petersburg

Vrijdag: ontbijt in de Dekabrist, kleine porties maar lekker, ~ hongersnood 1941-45? Het leven is 2 tot 3 keer zo goedkoop als hier. Later torenklimmen in de Isaacskatedraal. Van boven uit volgen we een brand in de vlakbij gelegen manège. Tijdelijke zwakte wegens bevangen door rook en trappenklimmen. Naderhand op zoek naar fietsen, hapje in de Singer boekenwinkel, een boottocht van een uur (rekensom: 30 passagiers x 800 roebel x 10 uur per dag). Haha, er waren daar blote mannen aan het zwemmen, en vervelend Russisch gezaag (tip: oorstopjes meenemen). Later een burger in de buurt. Eetbaar maar onhandige garçons en verkeerde timing. Vroeg erin.

Zaterdag: fietsen vanuit de Friends, beetje mislukt wegens geen enkel fietspad, slechte fietsen en moordend verkeer. Poco heavy tijdens fietsen op een soort autostrade.

bike hire with wall art

bike hire with wall art

Kerkhof Ithkvin met strijkkwartet Tchaikovsky, vriendelijke mensen alweer – Borodin en Dostojewski – beetje te religieus sfeertje: kassa bemand door pastoors plus openlijk biechten verkopen – veel kruisjesmakende oude besjes en bedelaars.

absolutie te koop

absolutie te koop

Lekkere hap in de Mickey & Monkeys. Ruwweg geteld is het leven hier twee tot drie keer goedkoper dan bij ons.
‘s Avonds een hap in de Blok. Hier komen de chique Russen laten zien hoeveel roebels ze hebben. Malevichs schilderijen op grote LCD’s, afgewisseld met Chagall: prachtige beelden in een even constructivistisch decor. Het is hier naar Russische normen peperduur maar zelf hebben we voor ongeveer 120 € Sakhalin oesters (nu is het duidelijker waarom de Russen dat eilandje zo verdedigen tegen de Japanners), twee superdikke en perfect gebakken biefstukken met verse spinazie en aardappeltjes plus wijn, water en dessert met koffie achteraf. Bij ons waren we in deze setting minstens het dubbele kwijt. Terug met de metro.

The General Victory Day

The General Victory Day

Zondag valt helaas tegen wegens tijdelijke zwakte [zonneslag! het vliegend!]. Buiten zijn de voorbereidingen voor morgen bezig: overal tentjes, podia en repetities voor 9 mei, Overwinningsdag. We zijn benieuwd!

Maandag 9 mei: Victory Day: overmatig druk – tienduizenden mensen doorkruisen de stad.

Ontsnapt uit het gewoel en per taxi naar Erartra = een museum en galerie samen onder één dak: concept werkt niet echt.  Goeie foto’s: Schapiro [Amerikaans fotograaf – de moeite]

‘s Avonds magistrale uitvoering van Shostakovich 7de Leningradski in de Philharmonia -> voor de volhouders wegens bijna 80 minuten lang en de gigantische bezetting en luidheid van het orkest.

Philharmonia St Petersburg

Philharmonia St Petersburg 9/5/2016 Victory Day Shostakovich No. 7

 

Dinsdag: meer tijdelijke zwakte maar ‘s avonds uitgerust naar Mariinsky voor Aïda. Ze waren daar in hun 233ste seizoen! Erg klassiek maar bleef boeien. Tip: huur een toneelkijker.

waiting at the Mariinsky

waiting at the Mariinsky

Woensdag: General Staff Building Здание Главного штаба van de Hermitage. Nieuw gebouw neergepoot tussen twee andere galerijen middels een overkapping over de binnenplaatsen. Verwelkomd door installatie van Kabakov en dan door naar de Morosov-collectie -> superieur, absolute must: Monet, Picasso, Matisse en Malevich [het enige nog helemaal intacte Black Square] -> fotosessie helemaal onderaan.

‘s Avonds: chat vanuit de Mansarda [Westerse stijl restaurant vlakbij de Isaacskatedraal]

‘Lekker! Er zitten wel een stel ongemanierde Amerikanen langs ons – heb stopkes in mijn oren!’

‘…Gewoon even Putin bellen!’
‘Yes yes die zou er wel korte metten mee maken – ik heb al een stinkeye geprobeerd maar het helpt niet – go figure’

En ‘s anderendaags vanaf Pulkovo, wachtend op de terugvlucht:

‘Bwa ja, overal goeie WiFi maar ge houdt het niet voor mogelijk: daarnet kwamen die maniakale Amerikanen van gisteren voorbijgespurt om met veel tamtam bijna hun vlucht naar Londen te missen. Ze zijn weg nu!’ Wij ook.

St Petersburg: stilleven in trappenhal

St Petersburg: stilleven in trappenhal

My review from booking.com:
Mijn ‘bespreking’ op booking.com:

St Petersburg: дикие и вкусный …

St. Petersburg is soaked in music and visual arts. Book early for the Philharmonia and/or Mariinsky or hang around, there’s always someone selling his/her tickets. Visit Tchaikovsky’s grave, the General Staff building (Hermitage), Nevsky Pr. (Singer building and lovely CD-shop at no. 32), Eratra ‘museum’, climb Saint Isaac’s Cathedral etc etc …

We had breakfast at the Dekabrist, lunch at the Mansarda and dinner at the Blok on different days or cooked a meal in our apartment (Malaya Morskaya 21 -> exceptional!).

Cons: uneven pavements, loud and dangerous traffic, uneasy feeling because of too many armed police in streets [probably due to Victory Day], many drunks in public spaces, taxi drivers rip you off (tip: ask a Russian to call a taxi on your behalf or use metro/bus)

In a few days a blog will be ready at gysenbergs.be [in Dutch]

Endorsed Saint Petersburg for:
Museums Architecture Ambiance City Walks Culture

Hilde at Hermitage

Hilde at Hermitage photographing Black Square and me

St Petersburg Hermitage Malevich and me

St Petersburg Hermitage Malevich and me photographing Hilde and some photographers in the background

 

een citytrip naar Lyon

Lyon Musée des Confluences: Hilde installeert een nieuw oog via een thermische cameraOmdat we nog een ticketje te goed hadden van vorig jaar voor de opera van Lyon, was het niet moeilijk er weer eens op uit te trekken. Een vlot ritje over de Route du Soleil bracht ons op een goede zeven uren naar Frankrijks tweede grootste stad en een bekende hotelketen bezorgde een onderkomen vlakbij het nieuw ontwikkelde gebied aan de samenvloeiing van de Saône en de Rhône.

Wat bleek? Een paar maanden terug was onze culturele voorman – de zoetgevooisde Kurt Van Eeghem – op de radio aan het vertellen over de brasserie Georges aan het station Perrache en was dat nu niet net achter de hoek! De brasserie is een hypergestroomlijnde bedoening met heerlijk eten in een prachtige art-déco setting. De obers zijn net wat het moet zijn: niet opdringerig, op tijd en bijzonder efficiënt. De stemming is vrolijk en af en toe zelfs uitbundig. Regelmatig dimt het licht en laat de maître d’ een echt draaiorgeltje klinken met de eerste maten van ‘Happy Birthday’. Een ober schiet dan door de reusachtige ruimte met een ‘flikkerke’ op een Sibérienne (of Norvégienne, een specialiteit van het huis als nagerecht) en iedereen begint te applaudisseren.

verjaardagsfeestje in brasserie Georges

verjaardagsfeestje in brasserie Georges

‘s Anderendaags fluks de fiets op. In Lyon is het zoniet nog beter fietsen dan in Parijs. Brede, afgeschermde fietspaden zorgen voor snelle verbindingen recht door de binnenstad terwijl de zijstraten voorzien zijn van duidelijk gemarkeerde fietsstroken voor een relaxed ritje in alle richtingen door het schiereiland. De Place Bellecour – met het Pavillon du Tourisme – is een groot plein met veel licht en ruimte met verderop het Parc de la Tête d’Or met aan de linkerkant het Musée d’Art Contemporain. Het is goed bereikbaar via een fietspad langs de Rhône-oever.

Nos compatriotes au bord du Rhône Lyon

Nos compatriotes au bord du Rhône

Op de terugweg eens gaan kijken in het Auditorium. Pianist Trifonov had het wegens ziekte laten afweten en daarom waren er nog prima plaatsen te koop voor de avond zelf. Sjonge, sjonge wat een kapotmakerij is me dat derde pianoconcerto van Rachmaninov. Seong-Jin Cho (21!) speelde het met veel concentratie klaar, geholpen door dirigent Slatkins meelevende orkestbacking van het Orchestre National de Lyon. Een huzarenstuk zonder meer en niet ongevaarlijk voor piepjonge uitvoerders-wonderkinderen.

Lyon Auditorium: Seong-Jin Cho

Lyon Auditorium: Seong-Jin Cho

Tip: een halfuurtje voor de aanvang van een concert lopen er in de foyer steevast mensen rond die hun kaarten voor een prikje wegdoen. Spotgoedkoop maar nadeel is de beperkte plaatskeuze. Nog een tip: het vlakbij gelegen ‘Les halles de Lyon Paul Bocuse’ is een zielloze bedoening enkel voortterend op de naambekendheid van de beroemde kok. Te mijden.

Een wandeling van even ten zuiden van Perrache en zo naar de tip van de ‘confluence’ levert verbluffende architectuur op, het meest nog van het museum helemaal beneden. Het komt zo uit een Star Wars decor met brede gangen, roltrappen en Escher-achtige loopbruggen. Binnenin zitten er tijdelijke en permanente tentoonstellingen, zo uitgekiend dat een bezoek van één à twee uren tot een halve dag of meer gemakkelijk te doen is, afhangend van zelf meedoen met experimenten tot verbaasd staan te gapen naar buitengewoon prachtige exotische kleding of een gigantisch mammoetgeraamte. Voorwaar zijn geld waard (9 €).

musée des confluences Lyon

Musée des Confluences Lyon

Een dikke biefstuk bij Georges en we zijn klaar voor de opera. Het gebouw ziet er aan de buitenkant redelijk klassiek uit maar binnenin is het een experiment dat 20 jaar geleden misschien wel in was maar nu eerder op een pikdonker hol lijkt waar bezoekers voortdurend gevaar lopen in een zwart gat te verdwijnen. Bovendien zijn de ‘zetels’ hard en nauw en wiebelt de postmoderne stalen vloer buiten de eigenlijke zaal. Niet getreurd: zangers, orkest en enscenering zijn prima en ‘La Juive’ gecomponeerd door Jacques Fromental Halévy – een kanjer van meer dan drie uren – blijft boeien, niet alleen door de eigentijdse verwijzingen maar ook door de afwisselende en soms virtuoos gezongen partijen. Het publiek springt terecht recht op het einde.

Lyon opera: La juive Halévy

opera de Lyon: la Juive Halévy

In de metro terug zijn we de enige oudjes tussen groepjes uitgelaten dronken en blowende feestgangers. Wel grappig en geenszins verontrustend. Moe maar tevreden …

‘s Anderendaags vlotjes op weg naar huis samen met in grote getale terugkerende Belgische skivakantiegangers. Geen nieuws hier behalve dat de ‘péage’ heen-en-terug op 60 € afklokt.

relaisautoroutedusoleil

relais met terugkerende Belgische vakantiegangers

London is calling once again!

Tijd om weer eens in de gang te schieten na een rampzalig 2015 waarin we nauwelijks uit huis geraakten. London is calling once again! Een ‘glitch’ in het online bestelsysteem van Eurostar leverde twee goedkope heen- en weerbiljetten op. Jammer dat het online aanschaffen van vervoersbewijzen voor het Belgisch spoorwegnet dit keer helemaal misliep wegens overal opgestoken vingertjes en overbodige waarschuwingen en restricties maar dat is voer voor een andere blog. Met de auto dus naar Brussel-Zuid alwaar de parking nu al 37 € voor één dag kost. [Memo to myself: koop aandelen in Q-Parkings.]

Een mens kan zich afvragen of de overdreven paranoïde controle bij het vertrek wel echt nodig is. Dames op leeftijd fouilleren of heren in maatpak helemaal ‘swipen’, is van het goede teveel tenzij je Goedele Liekens heet natuurlijk en veel pendelt tussen de twee hoofdsteden.

Twee ‘young executives’ probeerden hun plankenkoorts voor een nakend optreden op een conferentie te maskeren door twee uur aan een stuk hoogst zenuwachtig en luidruchtig te kwebbelen over vage verkoopstrategieën. Niet verwonderlijk dus dat Eurostar tegen extra betaling ‘stille’ plaatsen aanbiedt.

Ondanks de regen valt het toch weer op hoe opgewekt ongeveer iedereen erbij loopt. Bijvoorbeeld: een reiziger staat nog maar even de dienstregelingen te bestuderen of er komt al een behulpzaam persoon langs met een vriendelijk en helder praatje. Tip: koop een Oyster-vervoerkaart om probleemloos en goedkoper met metro en bus door de stad te reizen.

Nog een tip: vlak achter het St. Pancrasstation ligt de British Library. Het is daar aangenaam vertoeven en goed doenbaar om een hapje te eten alvorens op pad te gaan.

geketend bronzen boek in British Library London

geketend bronzen boek in de British Library vlak achter St. Pancras station

London British Library inkomhal

British Library inkomhal

Als bij toeval had theprintspace gratis inkomkaarten bezorgd voor een ‘trade show’ in het reusachtige Hilton aan Edgware Road. Deze keer was het thema ‘fotoboeken’ en die vulden vlotjes vier verdiepingen. Vooral Italiaanse firma’s lieten albums zien met een kwaliteit waar fotografen alleen maar van kunnen dromen. Hogelijk interessant was een min of meer betaalbare inktjet-printer met negen navulbare reservoirs (Epson SC-P600).
Een van de presentaties trok wel bijzonder veel volk omdat het model een nog geen maand oude baby was. Niemand die haar voorhoofd fronste bij de toch wel erg luide demo onder overvloedig licht. Niet echt kinderarbeid?

Kinderarbeid in London?

Kinderarbeid?

Vaste prik in Londen is Tate Modern en wat zich een paar jaar geleden al begon af te tekenen, is nu helemaal werkelijkheid: de inkomprijzen zijn niet meer te doen. De mobiele installaties van Alexander Calder en een ongetwijfeld interessante tentoonstelling ‘The World Goes Pop’ kost omgerekend bijna € 95 voor twee personen. Het is eigenlijk een soort tax-shift: gratis of goedkoop blijft zo maar van zo gauw het een ietsje meer mag zijn, gaan de prijzen door het dak.

Tip: hier en daar staan PWA-ers klaar met raad en daad en bovenal een heel overzichtelijk kaartje van de omgeving. Download een tweezijdig afdrukbare pdf.

Educatieve evenementen, de vaste collectie en de reusachtige turbinehal blijven gelukkig gratis. Ze houden het plebs en vele jeugdige bezoekers/toeristen goed bezig. Toch is de kwaliteit van sommige werken – vergeleken met Parijs, Keulen of Berlijn – misschien niet van de allerhoogste behalve dan die van Rothko alhoewel net deze ‘restaurantschilderijen’ zijn meest terneerdrukkende zijn. Een paar voorbeelden: Richter, Rothko, Léger en anderen in excellente iPad Pro resolutie [na de klik]:

Tate Modern: werken uit de vaste collectie [anno 2016 gratis te bezoeken]

Het waren Hilla en Bernd Becher die alles goedmaakten. Hun foto’s hebben een heel eigen kwaliteit: minimalistisch en neutraal ‘plat’ door altijd te belichten bij egaal grijsbewolkt weer. A-stacks, waterreservoirs en mijntorens: er was waarempel één van de mijnen in de buurt van Genk te zien. Als snotjong en would-be revolutionair moet ik daar ik zeker rondgelopen hebben.

Bernd en Hilla Becher Winding Towers

Bernd en Hilla Becher Winding Towers

Bernd en Hilla Becher A-stacks

Bernd en Hilla Becher A-stacks

Een laatste blik nog op de immense hal:

Tate Modern Turbine Hall

Tate Modern Turbine Hall

De halte van de dubbeldekbus 45 of 63, is verplaatst naar de overkant van de Thames wegens werken rond Blackfriars Bridge. Het is tijdens de avondspits ongeveer 20 minuten rijden tot St. Pancras.

Een hap in een van de vele hamburgertenten rondom het station en een vlotte treinreis terug, inclusief een glimp van een stralende GL, zetten ons weer in gang voor een volgende trip. Op het programma dit jaar: Lyon, St. Petersburg, Hamburg plus Rügen of Sylt en een rustig Grieks eiland.

‘Modern reizen’ Berlijn en Londen revisited

En zo kwam het dat de twee vouwfietsjes weer de koffer in gingen voor een bezoek aan Berlijn en Londen, acht jaar na het eerste aan Berlijn en vier na dat aan Londen.

Eerst Berlijn: verdwenen zijn de dichte bosjes bouwkranen en rijen aanschuivende betonwagens van toen. De stad is zowat helemaal gerenoveerd en het is moeilijker het vroegere Oost-Duitse gedeelte nog te onderscheiden van het Westerse.

Hotel Pension Streuhof is, althans aan de binnenkant, nog tot in de details van ‘old school’ DDR-kwaliteit, bijna versleten maar met een sympathieke charme en – naar Berlijnse normen – redelijk geprijsd. Voor hetzelfde geld biedt Ibis Budget, midden tussen de winkels aan de Wittenbergplatz, een karakterloze standaardkamer aan.

Pension Streuhof Berlin self portrait

selfie in Pension Streuhof Berlin  (vergroot na de klik)

Fietsen is goed te doen, minder chaotisch dan in Parijs en zeker aangenamer dan Londen, maar daarover verderop meer. Duitse automobilisten zijn voorkomend en voorzichtig, er zijn redelijk wat fietspaden en voetgangers zitten er niks mee in wanneer de stoep als fietspad dienst doet. Er zijn ook overal fietsparkeerplaatsen geïnstalleerd. Een eerste testrit ‘s avonds laat naar een echt Italiaans restaurant leverde deze quote op: “Ich bin kein Italiener, sondern ein Neapolitaner” (baas van de BellUno).

Twee tips: volg strikt de verkeersregels of een luid getoeter is het resultaat en zet de routering van de fiets-GPS op ‘routeren voor afstand’ en niet op ‘routeren voor tijd’. Dat laatste is dan weer wél aangewezen voor compleet autovrije tochtjes, inclusief grote maar dikwijls mooie omwegen door parken en dreven.

Er is maar één stad ter wereld waar de GPS de weg wijst van de Kantstraße naar de Leibnizstraße om in de Goethestraße te eindigen. Hotel Bikini ligt in die buurt en is een bezoekje waard wegens de net niet te excentrieke maar hoogst originele inrichting van Berlijns topdesigner Werner Aisslinger. De bar op de tiende verdieping heeft een majestueus weids uitzicht over de Tiergarten dat als een groene vlek het centrum van de stad bepaalt met aan de zuidelijke kant een veelvoud aan ‘shopping malls’ gaande van het poepsjieke KaDeWe tot experimentele ‘concept stores’ en tijdelijke winkeltjes in houten containers. Een eindje verder heeft de Manufactum lekkere tomatensoep en kleine hapjes/gebakjes, ideaal voor op de middag.

Tip: hotel Bikini heeft overal supersnelle, gratis wifi zonder vervelend aanmelden.

Bikini hotel ingang naar Monkeybar 10de

Bikini hotel ingang 10de

Bikini hotel: meeting place

Bikini hotel: meeting place

Bikini hotel 10de verdieping

Bikini hotel 10de verdieping

 

 

 

 

 

 

Clärchens Ballhaus is een populair dansoord annex restaurant met nostalgische optredens. Eenmaal binnen krijgen bezoekers een op het randje decadente indruk: afbladderende verf, versleten spiegels waarin enkel kaarslicht weerkaatst en aftands meubilair. De keuken is nochtans prima en niet overdreven duur. Toch valt de hele zaak een beetje tegen toen we ‘s anderendaags een kijkje wilden nemen in de eigenlijke balzaal en norse, enigszins vettige, portiers ons wandelen stuurden wegens geen goesting om alweer inkom te betalen.
Tip: ga liever 50 meter verder iets eten in het Strandbad Mitte op het einde van de Kleine Hamburgstraße, schuin tegenover Clärchens.

Clärchens Ballhaus Spiegelsaal

Clärchens Ballhaus Spiegelsaal (vergroot na de klik)

Regen (en de gevolgen van enige zadelpijn) deden ons een dagticket voor het openbaar vervoer (7,20 €) aanschaffen. Dat werkte prima. De metrostellen rijden met een hoge frequentie, zijn ruim, kraaknet, intelligent bewegwijzerd en helemaal niet overbevolkt. Vergeet ook niet buslijn 100, de goedkoopste manier om alle toeristische hoogtepunten in één beweging te zien.

Een mistige dag is ideaal voor een kerkhofbezoek. Eén van de kerkhoven aan de Mehringdamm, vlak tegenover de militaristische architectuur van het ‘Finanzamt’, is de laatste rustplaats van Felix Mendelssohn-Bartoldy. Het is een piepklein kerkhof, net goed om nog een beetje muziek te horen opstijgen. Dit is de buurt van de Kreuzberg, een alternatieve wijk met vele originele bedrijfjes en winkeltjes. Aan de rand van het Viktoriapark aldaar ligt een stijlvol gerestaureerde Zwitserse villa waar ze overheerlijke gerechtjes serveren (Tomasa Villa). Aan de andere kant van het park misten we helaas een bezoek aan het Antiquariat Tode wegens pas open om 13 uur. De etalage alleen al maakte heel duidelijk  hoezeer de eigenaar begaan is met de vrede in de wereld. Zeker iets voor volgende keer.

graf Felix Mendelssohn-Bartoldy

graf Felix Mendelssohn-Bartoldy N52 29.710 E13 23.470

Even een omweg langs de Staatsoper, waar Daniel Barenboim de plak zwaait, om een ticketje voor de opera te bemachtigen maar helaas waren er enkel repetities aan de gang, zo vroeg in het seizoen. Al jaren liggen we op vinkenslag om een ticket te pakken te krijgen voor de Berliner Philharmoniker en ja hoor, dit keer was het maanden van tevoren gelukt. De Berliner heeft hoogst af en toe toegangsbewijzen te koop die niet gebonden zijn aan abonnementen en zo konden we erin. Ter info: voor een abonnement is het wachten geblazen totdat iemand passeert.

De ontvangst was op zijn minst onverwacht: elke tickethouder krijgt een welgemeende begroeting aan de ingang en toen we een programma kochten (3 €) merkte een vriendelijke onthaaldame op dat we een koopje deden omdat het boekje eigenlijk besprekingen van vier concerten bevatte. Mooi zo …

De akoestiek van de Philharmonie is quasi perfect en door de ingenieuze constructie (o.a. weerkaatsend marmer en een soort ‘haaienvinnen’ voor de wolken in het plafond) klinkt de Berliner als één coherent geheel, aangevuurd door een onvermoeibare Simon Rattle. Die schept als het ware de muziek op en projecteert het geluid recht naar het publiek. Een uitstekende maatstaf voor de kwaliteit van een concert is de subjectieve tijdbeleving ervan. Het leek wel of de twee symfonieën (eerst de vierde van Schumann en dan de vierde van Brahms) in een hoepestoep voorbij waren. Onbeschrijfelijk en met niets te vergelijken tenzij met de kwaliteit van de Duitse machinebouw. Leuk detail: Daniel Barenboim zat een beetje verder op dezelfde rij als wijzelf zijn iPhone na te kijken en op het eind van het concert een beetje zuinig te klappen.

Berliner Philharmoniker en Simon Rattle

de Berliner Philharmoniker en Sir Simon Rattle (vergroot na de klik)

Een fietstochtje ‘s anderendaags: Sybille’s café aan de Karl-Marx-Allee (vroeger Stalin-Allee) voor een straffe koffie en wat historische informatie, dan naar de Pfefferberg en Kulturbrauerei en vervolgens een duik in een reusachtige biomarkt aan de Senefelderplatz op zoek naar kennelijk onvindbare mu-thee, afgerond met een kort bezoek aan het Stilwerk, zowat de grootste verzameling designwinkels ter wereld. Vervolgens langs de Siegessäule om de marathon te bekijken en even te rusten en dan nog een bezoekje aan een nieuwe consumptietempel aan de Leipzigerplatz waar zelfs mensen strompelend op krukken rondsukkelen om toch maar iets te kopen.

Frankfurter Tor Karl Marxallee

Frankfurter Tor Karl-Marx-Allee

shop till you drop Leipziger Platz

shop till you drop

Siegessäule

Siegessäule

 

 

 

 

 

 

Een late hap in het Strandbad Mitte na nog een concert in de Philharmonie, ditmaal door de Junge Deutsche Philharmonie met een gastoptreden van Truls Mörk. Dat ‘jeugdorkest’ kon met gemak tippen aan heel wat orkesten hier in de omtrek, om het voorzichtig uit te drukken.

Eén eerder toevallige verrassing nog bij het terugfietsen: Dussman aan de Friedrichstraße deed me denken aan de Keulse Saturn in vroeger tijden. ‘Die größte Auswahl an Schallplatten in der Welt’ was hun slogan indertijd en dat was ook zo. Dussman heeft net als toen een ongeziene collectie klassieke (en andere) cd’s, boeken à volonté en is bijna dag en nacht open behalve op zondag. Een must-see in Berlin. Hopen maar dat boekenrekkenwinkels nog lang blijven bestaan nu e-readers in volle opmars zijn.

Op zondag terugreizen heeft het voordeel van minder verkeer (maar meer zondagsrijders) en maakt het makkelijk om eens lekker snel te rijden …

De week daarop snorden we ‘s morgens vroeg naar het Zuidstation. De fietsjes meenemen op de trein is geen probleem, ze passen gemakkelijk in het bagagerek aan de ingang van de wagon. Eurostar vraagt wel ze in een hoes te verpakken maar dat is sowieso al een goed idee. Ter info: na het inchecken doorlopen reizigers tegenwoordig dezelfde veiligheidsprocedures als bij een vliegtuigreis. Stresserend en denigrerend, dat wel.

Er zijn toch mensen die niet doorhebben dat een zekere etiquette, ook bij goedkoop treinreizen, op haar plaats is. Zo flankeerden ons twee luidkeels, in een sappig West-Vlaams accent, kwebbelende dames en kwamen we, volle twee uur aan een stuk door, ongewild alles te weten over o.a. hun kwaaltjes, familieperikelen en eetgewoonten. Tot overmaat van ramp begonnen twee reizigers vlak achter ons hoorbaar te snurken. Het is altijd wat.

Londens nieuwe skyline anno 2014

Londens nieuwe skyline anno 2014

Ondanks het geblaas van Boris Johnson, de excentrieke Londense burgemeester, dat fietsen hét vervoermiddel bij uitstek is in zijn stad, zijn er nauwelijks fietspaden te vinden en is fietsen een levensgevaarlijke bedoening. Dat komt ervan wanneer (zo goed als) enkel professionele chauffeurs mogen rijden in het centrum. Het nettoresultaat is dat  taxi’s, bestelwagens en gechauffeerde privé-auto’s met elkaar wedijveren om elke vierkante centimeter asfalt. Alleen de knalrode dubbeldekbussen rijden in een min of meer grote boog rond de eenzame fietster heen. En zelfs daar krijgt de moedige cyclist duidelijke waarschuwingen. Eén lichtpunt: de Londenaars zijn gewend aan vouwfietsjes want de beste maken ze namelijk zelf en zo komt het dat niemand vreemd opkijkt wanneer je je fiets gewoon meepakt in een winkel of restaurant of ze laat opbergen in een vestiaire.

Tip: ga niet fietsen in Londen tenzij u een getraind wielrenner bent en dan nog.

Bankside zicht over de Thames

Bankside zicht over de Thames

Blackfriars brug 50 m fietspad

Blackfriars brug 50 m  fietspad

waarschuwing voor fietsers achteraan op bus

waarschuwing voor fietsers

 

 

 

 

 

 

De laatste keer dat we iets substantieel zagen van Kasimir Malevich was bijna 20 jaar geleden in het Ludwig in Keulen. Tate Modern haalde haar mosterd uit een samenwerking met het Stedelijk Amsterdam. Centraal staat het iconische zwarte vierkant, precies een gat waarin de hele schilderkunst verdwijnt, en de schok die het schilderij 100 jaar geleden veroorzaakte, is nog niet weggeëbd zelfs voor hedendaagse kunstliefhebbers die toch wat gewoon zijn. De opstelling in Tate met vlak erlangs de reconstructie van ‘De Laatste Tentoonstelling van Futuristische Schilderkunst 0.10’ (nul-tien Petrograd 1915-16) met de originele kunstwerken van toen, is bij momenten fascinerend. Hogelijk interessant – en nieuw voor mij – is het gedeelte over Malevich als leraar, schrijver en architect in Leningrad en Vitebsk. [Het gaat hem daar niet echt goed, zijn hand geraakt verlamd en hij komt bijna om van de honger]. Zijn didactische modellen zijn ronduit fantastisch en tonen interacties tussen vorm, kleur, textuur (Faktura), materiaal en techniek en zelfs de omzetting van kleur vanuit beweging en geluid [Umwandlung der Farbe von dem Laute].

Tip: om de schilderijen van Malevich goed te zien, moet je er een beetje vanaf gaan staan, bijvoorbeeld Lady at the Advertising Column:

Malevich Lady at the Advertising Column 1914

Lady at the Advertising Column 1914

Een kort bezoek aan Foyles stelde ons weer enigszins gerust. Papieren boeken overleven voorlopig, weliswaar in gereduceerde boekhandels en Foyles is daar geen uitzondering op. In de jaren 70 was het een labyrint met ontelbare hoekjes en kantjes vol boeken, nu is het eerder een ruim verlichte ‘showroom’ met bestsellers.

boekhandel Foyles anno 2014

boekhandel Foyles anno 2014

Photokina 2014: meer volk, minder ambiance

Photokina 2014: elke fotograaf – professioneel of liefhebber – kan er niet rond en dat geldt evengoed voor fotomateriaalproducenten en -diensten, waar ook ter wereld. Trends ontwaren lijkt gemakkelijk op de tweejaarlijkse Photokina beurs in Keulen maar waar het echt naar toe gaat met de fotografie is beter aan te voelen op kleine standjes of via rondzwervende eenzaten die hun al-of-niet geniale idee soms op originele wijze proberen te promoten.

Actiecamera’s, drones en een hang naar nostalgie waren moeilijk te ontwijken. De toekomst is aan de durvers, moeten ze bij Nikon gedacht hebben. Enthousiaste kids konden selfies maken op een platform met een 90 graden gekantelde achtergrond van bijvoorbeeld een zeilboot op een woeste zee of een besneeuwde, duizelingwekkend hoge bergtop of een pyloon op het dak van wolkenkrabber. Tegelijk is Nikon – naast Leica – een soort rots in de branding met telkens dezelfde sobere geel-zwarte opstelling en presentatie van hun robuuste, professionele toestellen.

Sony zag kennelijk meer heil in een conservatieve, lichtelijk surreële opbouw van een compleet huis, inclusief toneelspelend koppel op de sofa waar would-be cineasten de laatste nieuwe 4k videocamera’s konden uittesten. Tegelijk presenteerden ze hun mainstream fototoestellen in een eerder ‘plat’ decor zonder al te veel opdringerige acts. Een beetje soberheid kan geen kwaad en dat zette ook de trend van deze Photokina: veel volk maar minder animo. Het kan niet altijd feest zijn, niewaar.

Nikon reikhalzend

Nikon reikhalzend

Sony test huiskamer

Sony test huiskamer

Sony fake living room

Sony fake living room

Samsung, Canon, Panasonic: veel van hetzelfde en weinig nieuws. Ingedommeld of geen goesting? Alleen Fuji trok echt veel volk met diverse meetzoekertoestellen, bijvoorbeeld de derde reïncarnatie van de X100, weg van platgetreden paden en wars van wervelende presentaties maar altijd ernstig op zoek met een luisterend oor naar de fotografen zelf.

Tussen de gigantische stands van de groten zaten pareltjes van originaliteit, soms bizarre, postmodernistische pogingen om iets te maken waarvan de zin niet direct duidelijk was. Echt te gek was de Enfojer, een vergroter (een toestel om pellicule-negatieven op papier af te drukken met behulp van een lamp, lens en chemicaliën) waarin een iPhone past en waarvan de fotograaf (op leeftijd?) de beelden in een echte donkere kamer ontwikkelt, spoelt en fixeert. Of een soortgelijk toestel dat polaroid-afdrukken maakt, ook vanaf een iPhone [Impossible]. Een ander leuk ding was een ‘vislijn’ van wel bijna acht meter lang waaraan een gestabiliseerde Hero+ bengelde om opnames vanuit de lucht te maken zonder drone [Rodcam]. Hoogst amusant allemaal.

een Enfojer 'vergroter'

De Enfojer ‘vergroter’

Impossible Polaroid revival

Impossible Polaroid revival

Rodcam [gimbal extreme]

Rodcam [gimbal extreme]

Leica is bij een Photokina-bezoek telkens weer een absoluut hoogtepunt. Een langdurige test van het betaalbare (sic), nieuwe T-systeem deed lichte paniek ontstaan bij de medewerksters wegens niet direct terugbrengen van het hebbeding. Het Apple-achtig, uiterst sobere design met maar twee instelwieltjes plus de sluiterknop, gekoppeld aan een innovatief menusysteem via een aanraakscherm doet een aanslag van ‘maar’ 3500 € op de bank, body, lens en aparte zoeker inbegrepen maar zonder accessoires wel te verstaan.

En waar zaten de Chinezen? Zelfs mijn ervaren gids sinds jaren vond ze niet direct, vermoedelijk zaten ze allemaal op Alibaba. En wat deed Google op Photokina? Oh ja, voor Google Maps zijn camera’s nodig.

Google op Photokina 2014

Google op Photokina 2014