Wozzeck: alles is kommer en kwel.

Alban Bergs opera Wozzeck duurt maar anderhalf uur en dat is maar beter zo want als er één allesomvattende en toepasselijke omschrijving van het Expressionisme zou bestaan, is alles meteen gezegd met dit stuk: overal bloed, moord, leugens en ontrouw en nergens weerklinkt een optimistische noot. Edvard Munch zou er met plezier een schilderij van gemaakt hebben en August Strindberg een instemmend essay. De opera geeft de wanhopige en uitzichtloze tijdsgeest weer na de Eerste Wereldoorlog.

Bergs atonaliteit, nauwelijks melodie, op het recitatieve af, houten poppen als personages en het veelvuldig gebruik van een half-doorzichtig gordijn, vervreemden het publiek zodanig dat er een zucht van opluchting door de zaal ging toen het stuk eindelijk gedaan was. Toch barstte het applaus volop los want doe dat maar eens dagen aan een stuk: zangers, muzikanten en zelfs toneelknechten die zich telkens opnieuw inleven in de vreselijke emoties van hun personages. Een mens zou van minder depressief ten onder gaan en een gevoelige luisteraar – mezelf ingerekend – riskeert ten prooi te vallen aan mentale wanhoop en fysieke misselijkheid.

Ter compensatie een paar extra beelden uit Aachen, op een zonnige zaterdagnamiddag.

Wozzeck verdiend applaus

In de Degraa, tegenover het operagebouw, gingen de Limburgse Operavrienden in de jaren '60 een pintje drinken.

vrijgezellenfeest in de Degraa

Aachen ‘Kreislauf des Geldes’ fontein

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.