tocht geprojecteerd op de Bayreuth-kaart

— click on map for bigger size image —
Mohamed Aït Hamza & Herbert Popp:
Wanderkarte “Kultur-Trekking im Dschebel Saghro” (Südmarokko)

Thematische Karte im Maßstab 1 : 100.000, mehrfarbig
2004. 94×105 cm, gefalzt, mit einem Erläuterungstext “Kultur-Trekking im Dschebel-Saghro” (ergänzt durch 12 Farbfotos), 4 Themenkästen und 5 Ortsplänen auf der Rückseite. € 15,-. ISBN 3-9809181-2-2
Herbert Popp
Touristische Karten als landeskundliche Produkte
Das Beispiel des Dschebel Saghro (Südmarokko) Reiseführer, Exkursionsführer und touristische Karten sind geographischlandeskundliche Produkte, die als Angebote für kulturell interessierte Leser hohe Akzeptanz aufweisen. Der Beitrag plädiert am Beispiel einer Karte mit landeskundlichen Informationen zum “Kulturtrekking im Dschebel Saghro (Südmarokko)” dafür, dass der Typ des letztgenannten Produktes als Nebenergebnis wissenschaftlicher Arbeit konsequenter als bisher verfasst werden sollte.

als dit geen egotrip is …

… tik ‘saghro morocco’ in de almachtige Google en de twee eerste hits komen uit bij mijn eigenste fotogalerie over de trektocht die we begin april maakten in het zuiden van Marokko. Hoelang dat gaat duren weet ik niet want de reisbureau’s die dit soort tochten organiseren zullen het niet graag zien.

Zelf sta ik er ook van te kijken maar moeilijk is het niet. Bij Google en de andere zoekmachines is het een kwestie van ‘taggen’. Echte ‘taggers’ vliegen bij ons achter de tralies of krijgen een flinke boete door de ‘beschadigingen’ (lees graffiti) die ze aanbrengen op muren, vitrines enzovoort. Bij zoekrobots is ‘taggen’ zondermeer noodzakelijk of Google ziet niet eens wat er gebeurt op de fantastische site die zojuist op het net kwam.

‘Taggen’ is niet moeilijk: er zijn diverse systemen maar even zoeken op ‘metatag’ levert voldoende stof om met het ‘taggen’ (sporen nalaten?) te beginnen. De kunst zit ‘m in het vinden van originele zoektermen en die overal waar mogelijk aan te brengen. In het fotoprogramma waarvan sprake in het begin van dit stukje, is er een veld voorzien speciaal als lokaas voor Google. Gewone internetpagina’s voorzien van zoekwoorden is al even gemakkelijk. Doen dat ‘taggen’!

meer foto’s

overzicht van de hele tocht Jebel Saghro

kaart met hoogtelijnen

kaart met hoogtelijnen

total length: 93,5 kms
organisation Belgium: Anders Reizen
organisation Morocco: Kasbah Itran
photo equipment: Sony R1 and Nikon Coolpix 8400 with 12G CF cards
gps: Etrex Legend with Morocco topo map
music: 8G Apple iPod nano with Sony MDREX90LP with Lv Beethoven and JJ Cale
water supply: 2 Sigg bottles 1 liter each
bag: the North Face Sport Hiker Molten Red
heart rate monitor: Polar A5
ear plugs: Ear Planes


— click for pictures —

zevende dag Jebel Saghro

Vanwege de ochtendkou staan we wat later op, zodra de zon achter de bergen vandaan komt. Ons koesterend in het zonnetje genieten we van het ontbijt. Dan breken we de tenten op en gaan weer op pad, omhoog naar de laatste pas, Tizi Iferd (2485 m), temidden van een klein bos van jeneverbesstruiken, een zeldzaamheid in deze streek. Boven op de pas genieten we van de nog steeds wonderschone Hoge Atlas. Een lange afdaling brengt ons naar Tislit n`Ourzazan (1850 m). Het landschap is vlakker met veel zand en geeft je de sfeer al bijna in de woestijn te lopen. Toch zitten we nog steeds boven de 1600 m. In Tagdilt slapen we de laatste nacht in een gîte, een tot herberg ingericht groot Berberhuis. Hier rollen we onze matjes en slaapzakken uit op de met Berberkleden bedekte vloer. ’s Avonds nemen we afscheid van onze begeleiders die ons met hun gezang en trommelmuziek bedanken. [tekst Anders Reizen]

zesde dag Jebel Saghro

Vandaag moet er aardig wat geklommen worden. Vanaf Igli is het al direct steil omhoog naar een eerste pas. Het levert ons een mooi uitzicht op over het kleine dorpje en haar omgeving met mooie rotsformaties. Dan wordt het minder steil en lopen we over een ezelpad gestaag verder omhoog naar de pas (2480 m) net onder de Kouaouch. Wie weet passeren we nog nomadenvrouwen of kinderen met hun geiten en schapen. Op de pas stoppen we voor de lunch. We beklimmen de top (2592 m) Hoog uitkijkend over alles zien we in het noorden de besneeuwde toppen van de Hoge Atlas en in het zuidoosten het begin van de woestijn. Daarna dalen terug af naar de pas. Daar wacht ons een heerlijke lunch. Hoog uitkijkend over alles zien we in het noorden de besneeuwde toppen van de Hoge Atlas en in het zuidoosten het begin van de woestijn. Via de Tizi-n-Ouarg dalen we af naar ons kamp Almou-n-Ouarg (2250 m). Hier zetten we voor de laatste keer de tenten op en bereiden ons voor op een koude nacht. [tekst Anders Reizen]

vijfde dag Jebel Saghro

We trekken verder door het surrealistische landschap met de bizarre rotsformaties waar het gebied zo om bekend staat. Vanaf het kamp gaan we de canyon van Afourar in, kriskras over de beek en over grote rotsblokken. Hier en daar is het nodig om mensen een handje te helpen. Door de kloof klimmen we langzaam omhoog naar ca. 1580 m. Dan dalen we af naar het dorpje Afourar en het gelijknamige riviertje. Door de vallei van Baïtdou stijgen we naar de Tizi-n-Igli (1900 m). Hier staan we vlak voor een groot rotsmassief met grillig uitstekende punten. Beneden ons zien we een soort ommuurd domeintje, dit is het dorpje Igli. Je kan er binnen je matje uitrollen voor de nacht, genieten van een frisdrank en een warme douche. [tekst Anders Reizen]

vierde dag Jebel Saghro

Vandaag verandert het landschap enorm. Vanaf Tifdassine gaan we eerst omhoog langs de berg Alhiane (`de baard`) over een heuvel (ca. 1340 m) die de naam Agarde Alhiane draagt (`achter de berg die op een baard lijkt`). Dan volgt een kleine afdaling naar het dorpje Idazzoun-n-Imlas (1140 m). Hier is een schooltje, een open gebedsplaats en zelfs een klein winkeltje. Wij gaan verder door een rivierbedding en steken het Assif Tadudacht over. Tussen de uitgesleten rotsen gaat het nu langzaam omhoog. In de verte zien we de eerste grillig geërodeerde rotsen van het massief Tadaout-n-Tablah. Het landschap wordt steeds ruimer en droger met her en der uitstekende geërodeerde pieken. Langzaam gaan we omhoog naar de grote rotspartij met de naam Bab-n-Ali (wil zeggen poort) (1550 m). Vanaf de pas bij deze rots is het uitzicht adembenemend mooi. Wij dalen af naar 1350 meter, naar een waterput met enkele huizen en een schooltje. Als we omkijken naar de grote Bab-n-Ali rots zien we hoe deze inderdaad een poort vormt met de ernaast liggende geërodeerde punt van het Tadaout-n-Tablah. Temidden van deze fantastische rotsvormen zetten wij ons kamp op. We genieten van een prachtige zonsondergang en op de nabijgelegen caming is zelfs een warme douche (voor 10 Dh). Voor de liefhebbers is er natuurlijk ook de waterput, of even verderop in de gorge kan je genieten van schitterende waterbaden. [tekst Anders Reizen]

derde dag Jebel Saghro

Vanaf het kamp dalen we verder af en komen al snel bij een kleine oase waar we de ruïne van een eeuwenoude kasbah zien. Even verder passeren we het gelijknamige dorpje Assaka-n-Aït Ouzzine (1580 m.). Door een relatief vruchtbare vallei met veel groene akkertjes, oleanders en zelfs hier en daar een palmboom, dalen we verder af en komen langs enkele kleine dorpjes. We worden er uitgenodigd voor een glaasje thee, vers gebakken brood en nootjes. Het landschap is heel anders dan de eerste twee dagen en iedereen zal verrast zijn door de afwisseling. Steeds vaker zien we prachtige (in februari bloeiende) amandelboompjes langs ons pad. Om ons heen worden de rotswanden steiler. Net voorbij het dorpje Akerkour (ca. 1300 m.), met mooie boomgaarden, stoppen we voor de lunch. Daarna wordt het vlakker en als de kloof weer wijder wordt kijken we uit op het gehucht Berkik. Nog geen uur verder maken we kamp in Tifdassine (nabij een bijna drooggevallen beekje). [tekst Anders Reizen]

tweede dag Jebel Saghro

Vanaf ons bivak stijgen we langzaam naar een hoge pas van 2100 m, de Tizi Nesfdre, Berbernaam voor `bijna eten`. Vanaf de pas hebben we grandioos uitzicht over de Hoge Atlas waarvan we zelfs de hoogste top, de Toubkal (4167 m), in de verte kunnen zien. Nadat de zak met nootjes voor wat extra energie heeft gezorgd, dalen we af naar een kleine oase in een kloofje waar de oleanders weelderig groeien. Nu snappen we de naam van de pas: een idyllisch plekje met water, ideaal voor een stop om te eten. Wij lopen echter nog even door; de kloof weer uit en komen op een hoger plateau. Onderweg treffen we nomadenvrouwen aan en kinderen die kleedjes en (zelfgemaakte) sieraden laten zien, die ze zo graag aan die enkele toerist zouden willen verkopen. Voor hen vaak de enige bron van inkomsten. Het dorpje Tagmout (1750 m), laten we rechts liggen. We stoppen voor de lunch, bij de waterput en genieten van de schaduw van de amandelbomen. We buigen af naar het oosten en klimmen naar de Tizi-n-Tagmout (1790 m). Na de pas komen we in een brede vallei tussen hoge bergkammen. Het landschap wordt grilliger, steiler, ruwer en dramatischer. Na nog een dik uur afdalen maken we kamp voor (Assaka-n-Aït) op 1640 m, nabij een riviertje waar we ons lekker kunnen opfrissen. [tekst Anders Reizen]

eerste dag Jebel Saghro

Een klein eindje rijden brengt ons in het dorpje Ait Youl, één van die aarderode kasbahdorpen waarop de tijd geen vat lijkt te hebben. De kamelendrijvers staan al op ons te wachten. Bagage, tenten, kookgerei en het voedsel worden opgeladen. Wij gaan alvast op pad met onze gids voorop. We lopen door een (droge) rivierbedding tussen de kale met zwarte stenen bezaaide heuvels. Achter ons zien we de besneeuwde toppen van het M`Goun massief. Tussen de stenen staan hier en daar wat kleine struikjes. Voldoende voor een kudde schapen en geiten. In de verte horen we het typische geluid dat Berber-vrouwen maken met hun tong. We zoeken naar de herkomst en zien hen op een bergtop zitten. Wanneer we zwaaien groeten ze terug en laten nog eens dat aparte geluid over de bergen galmen. Soms is er een beetje water en zijn er wat geïrrigeerde akkertjes. Zo ook rondom de waterput waar we stoppen voor de lunch, onder de vijgenbomen. De kok heeft een salade gemaakt met verse groenten, olijven en sardientjes. Na een korte siësta vervolgen we het ezelpad dat ons langzaam omhoog voert naar een plek die Agoulzi blijkt te heten. Hier maken we bivak naast een bijna droog gevallen riviertje. `s Avonds genieten we van een prachtige sterrenhemel en een heerlijke stilte zoals die alleen aanwezig is in onherbergzame gebieden. [tekst Anders Reizen]